Juist op die dag wordt je gevraagd een klein klusje te doen, door je vader of je moeder, en docent of een conciërge.
Beschrijf het verzoek, de gedachtes erbij en de uiteindelijke handeling extreem gedetailleerd en alsof het een monsterklus is: de lezer moet er moe van worden!
Je gebruikt 250-300 woorden.